Je bekijkt nu Oliebollen in Ghana

Oliebollen in Ghana

In Nederland kun je in de aanloop naar de jaarwisseling op veel plaatsen oliebollen krijgen. In de winkelstraten kun je ze vinden bij Oudhollandse marktkramen. Ze zijn te verkrijgen bij bakkerijen en supermarkten. En zelfs sommige tuincentra bieden zakken oliebollen aan. Maar als je na Oud en Nieuw eenmaal de smaak te pakken hebt en je gaat op zoek naar een oliebol, dan keer je onverrichter zake terug. Oliebollen maken deel uit van de Nederlandse oudejaarstraditie. Op andere momenten zijn ze onvindbaar. Zelfs supermarkten verkopen buiten het seizoen geen pakken oliebollenmix voor de thuisbakkers, al zijn er uitzonderingen.

Dat is anders in Ghana. Daar kun je elke dag verse oliebollen eten. Bij voorkeur in de ochtend als ontbijt of als tussendoortje onderweg. Straatverkoopsters lopen in de vroege ochtend door de straten op zoek naar hongerige klanten.

Oliebollenverkoopsters op zoek naar klanten (video)

In de zinderende hitte dragen ze de etenswaren uitgestald in een kleine vitrinekast op hun hoofd. Ze gaan pas huiswaarts als alles verkocht is. Dan maken ze zich meestal klaar om naar hun volgende baan te gaan. Het beroep van oliebollenverkoopster is een zwaar beroep en het heeft weinig status, veel mensen kijken op de verkoopsters neer. Dat schoot straatverkoopster Nana Akua Amakwaa in 2017 in het verkeerde keelgat. Ze postte foto’s van zichzelf en haar koopwaar op Facebook en Snapchat, organiseerde een oliebollenparty en liet een t-shirt met de opdruk toogbe wura ‘oliebollen verkoper’drukken. Haar trots, moed en ondernemerszin bleven niet onopgemerkt; het leverde haar een eervolle vermelding op op Ghanacelebrities.com evenals een radio-optreden op de Entamoty live show. Het optreden werd gefilmd; het verhaal van Nana Akua Amakwaa is hier te zien.

Oliebollen hebben verschillende namen in Ghana. In Gã, de taal van de oorspronkelijke bewoners van Accra, worden ze toogbɛ genoemd. Andere veelgehoorde benamingen zijn boflot, bofrot, bɛff, puff loaves, buff loaves, puff floats, bun floats en puff-puff. Sommige van deze vormen zijn terug te leiden tot de samenstelling buff loaf. Dat is een neologisme. In hedendaags Brits Engels is deze samenstelling niet gebruikelijk, het heeft daar geen algemeen geaccepteerde betekenis. Maar als je de etymologie van de woorden buff en loaf los van elkaar opzoekt in de Oxford English Dictionary via OED.com, dan wordt het duidelijk waarom men destijds deze woorden uitkoos om de oliebol een Ghanese naam te geven. Ze vormen een doeltreffende beschrijving van de oliebol. Een nu verouderde betekenis van buff is een lichtbruine of gelige kleur, zoals onbehandeld bisonleer (bison is buffalo in het Engels) of een oliebol die net uit de frituur komt. Loaf wordt meestal geassocieerd met een snee of homp brood maar in de 17e eeuw kon het ook een stuk van iets anders zijn, zoals bijvoorbeeld zilver. Of deeg. Buff loaf betekent dus eigenlijk gelige brood(deeg)homp.

Naast varieties op buff loaf zijn er ook namen waarin het Engelse woord puff herkend kan worden, zoals puff floats. Puff heeft verschillende betekenissen in het Engels, maar het kan ook verwijzen naar een luchtig gebakje of cake. Puff floats zijn dus drijvende gebakjes.

Oliebollen zijn niet inheems in West Afrika. Sommigen menen dat de Nederlanders in de forten van de West-Indische Compagnie de Fanti hebben geleerd hoe ze van meel, gist, water en olie een voedzame lekkernij konden maken die in het warme en vochtige klimaat lang houdbaar was. Anderen wijzen naar de Portugezen. Ook zij hadden immers forten op de West-Afrikaanse kust en onderhielden intensieve contacten met de lokale bevolking. Portugese malasada lijken inderdaad wel wat op oliebollen. Het is niet waarschijnlijk dat de Engelsen verantwoordelijk zijn voor de introductie van de oliebol in West Afrika. De eerste doughnut werd namelijk door een Nederlander in New York gemaakt. Het is ook mogelijk dat de Afrikaanse oliebol niet door Europese inmenging tot stand is gekomen, maar door contacten met Mande handelaren uit het westen van wat nu Soedan is. In de 15e eeuw bezochten deze handelaren geregeld Elmina en andere handelsplaatsen aan de Westafrikaanse kust. Hun handelsnetwerk verbond West Afrika met het Midden-Oosten, waar Westafrikaanse producten zoals goud en zout zeer gewild waren. Oliebollen komen ook in Soedan voor. Daar worden ze luqaimat oftwel اللقيمات (legemat) genoemd. Het oudste recept van luqaimat staat in het Arabische kookboek van Muḥammad bin al-Ḥasan bin Muḥammad bin al-Karīm al-Baghdadi uit 1226. Ze worden daar luqmat al-qādi (لقمة القاضي) oftewel hapjes voor de rechter genoemd.

Hoe maak je bofrot? Fafa legt het uit. Klik hier voor het recept. Eet smakelijk! Va mí ɖu nu!